Een opvallend postmodernistisch huis in de Schutterstraat in het centrum van Delft waarvoor het Hollandse burgerhuis uit de 17de en 18e eeuw, met zijn voor- tussen- en achterkamer, model stond. De blauwwitte porseleinen tegelbekleding van de erker is een knipoog naar de eeuwenoude Delftse aardewerk- en porseleinindustrie. De Schutterstraat is een experiment uit 1991 toen vijftien particuliere woonhuizen individueel werden ontworpen onder supervisie van Fons Verheijen. De straat ligt aan een park, op een steenworp afstand van de voormalige TUD-bibliotheek.
Het huis telt drie lagen. Begane grond en de twee etages, met elk twee en drie achter elkaar gelegen kamers plus badkamer, zijn bedoeld als slaap- / werkruimte en hebben aan de achterkant toegang en zicht op de tuin. De woonkamer met keuken bevindt zich op de geheel open 1e etage waarvan de erker opvallend is bekleed met een groot tegeltableau. Dit maniëristische pronkstuk is gebaseerd op een tegelontwerp van Stef Breukel en vervaardigd door de Porceleyne Fles te Delft. Het draagt als titel '10 juli 1584' verwijzend naar de moord in dat jaar op Willem van Oranje in het nabij gelegen Prinsenhof. De voorgevel wordt beëindigd met een golvende dakrand. De vijf ovalen lichtdoorlatende openingen bevinden zich in de balustrade van het dakterras en werken in feite als vijf functionele decoraties. In tegenstelling tot de representatieve voorgevel is die aan de achterzijde sober en doelmatig. Een trap leidt vanaf het terras van de woonkamer naar de tuin.
Opdrachtgever: Ans van Berkel en Gert Mur
Uitvoering: Niveon, Capelle a/d Ijssel
Oplevering: 1993 ©Molenaar & Van Winden architecten
Fotografie: Ossip van Duivenbode, Jannes Linders, Tom Croes
Locatie: Schutterstraat, Delft